VVD inbreng tijdens de commissie bespreking raadsvoorstel afvalinzameling Diftar

In dit raadsvoorstel wordt ons voorgehouden dat de gevolgen voor de hoogte van de afvalstoffenheffing voor de inwoners met de invoering van DifTar gunstiger zijn dan doorgaan op de bestaande wijze. Echter de verschillen zijn minimaal blijkt uit de voorbeeldstaatjes die in het collegevoorstel staan opgenomen. Bovendien zijn er een heleboel zaken niet meegenomen en een veelvoud aan aannames in de berekening zijn risicovol. Het jaarlijkse voordeel van 53K valt bij het minste of geringste tegenvaller compleet weg. Bij 20% lagere opbrengsten is er al helemaal geen voordeel meer.

Ik noem enkele voorbeelden van de matige financiële onderbouwing bij dit raadsvoorstel.

Het voordeel op de Rijks-afvalverbrandingsbelasting wordt door het college gezet op 32%, als zijnde het resultaat uit de proeven in Dragonder Noord. De percentages voor geheel Veenendaal met meer hoogbouw, zullen echt veel lager uitpakken. 

Een tweede zeer gunstige aanname zijn de opbrengsten die de gemeente zichzelf toerekent uit de PMD (=Plastic, Metalen en Drankkartons) inzameling. Deze markt is zeer klein en uiterst gevoelig. Op moment dat meer plastic wordt aangeboden, gaan de prijzen gegarandeerd naar beneden, nog meer dan de verlaagde prijzen per ton die in het voorstel staan. Vaak moet de door bronscheiding verkregen PMD afval ook nog verder worden gescheiden om wat op te leveren. Hoe is die verwachting voor Veenendaal? Zijn deze na-scheidingskosten in de berekeningen meegenomen? Of worden er beperkingen bij de PMD inzameling voor Veenendaal opgelegd, zoals geen boterkuipjes of yoghurtbekers? Zo ja, hoe luiden die dan? Hoe gaat u dat controleren? Zijn de kosten hiervoor in te schatten?

Tevens zullen de besparingen van de restafvalkosten afnemen in de toekomst door het dalende aanbod; de verbrandingsinstallaties draaien al met verlies en bij verdere scheiding gaat ongetwijfeld de prijs per ton omhoog. Wij hebben tot 2020 te maken met de AVR. Kunt u ons vertellen welke financiële risico’s we daar lopen en heeft u dat in uw financiële onderbouwing verwerkt? 

Met DifTar worden de jaarlijkse beheerskosten voor onze gemeente groter. Dit wordt ondersteund in het rapport van Rijkswaterstaat Afvalstoffenheffingen 2013; Ik citeer: “de afvalbeheerskosten in de gemeenten met DifTar bedroegen in 2012 gemiddeld 218 euro per huishouden. In 2012 was dit nog 2,68 euro lager per huishouden, terwijl de beheerskosten bij gemeenten zonder DifTar minder dan de inflatie stijgen” einde citaat. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat dit in Veenendaal anders zal gaan. Graag horen we van de wethouder hoe zij daarover denkt?


Om DifTar goed te kunnen uitvoeren, moeten er een groot aantal investeringen worden gedaan. Sommige waren al gepland, zoals zo’n 60 resterende hoogbouwlocaties voorzien van ondergrondse containers, maar worden nu versneld. Andere zijn de uitrol van een 4e kliko voor PMD inzameling bij de laagbouw en de projectkosten voor het geheel van de invoering DifTar. Al met al betekent dit dat na de invoering van DifTar van de (egalisatie) reserves straks bijna niets meer over is. Deze egalisatiereserve is nu juist bedoeld om voor de burger de fluctuaties in de afvalstoffenheffing op te vangen; Geld gespaard namens de burgers ten behoeve van de burgers.


Gezien het wegvallen van de 300 duizend euro korting, de doorbelasting van de veegkosten en de invoering van de afvalverbrandingsbelasting kunnen we dus stellen dat sowieso de tarieven voor de burger in 2016 omhoog gaan. Gaan we deze tarieven nu nog verder onder druk zetten, door de hoge administratiekosten en beheerskosten voor een DifTar systeem?


Er worden grote investeringen gevraagd, terwijl de toekomstige ontwikkelingen niet zijn meegenomen in dit voorstel. In de scenariovergelijkingen lijkt alles toegespitst te worden op de invoering van DifTar, terwijl er ook scenario’s ontbreken. Onze verwachting is dat het DifTar systeem over een 2 tot 5 jaar een achterhaald systeem blijkt te zijn. De kans op een vervroegde afschrijving is zeer groot.


De VVD investeert liever in een systeem wat echt toekomstbestendig is. Wat ons betreft wordt er nader onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van nascheiding. De technologie van nascheiding is veelbelovend, er zijn al een aantal goed werkende voorbeelden in het land en de verwachting is dat dit systeem over enkele jaren beter zal zijn dan bronscheiding en door schaalvergroting ook goedkoper. Wij willen uitstel van de besluitvorming, wij willen dat de pilots in de wijken per direct worden stopgezet (deze inwoners worden al een half jaar langer aan het lijntje gehouden dan origineel was toegezegd dat de pilot zou duren.) Wij willen dat er meer onderzoek wordt gedaan naar de toekomstige technologische ontwikkelingen van de komende 3 tot 5 jaar en dat zou prima zijn in het geval dat in ACV verband wordt gedaan (ik vergelijk dit dan met een onderzoek wat voor de gemeente Amersfoort is gedaan). Wij willen een betere risico analyse voor zowel de gemeente als de verschillende deelgroepen onder onze inwoners en dan daarna besluitvorming in het kader van de gezamenlijke visie in ACV verband.


Yvonne Bottema

Raadslid